Coco was bij baan twee, en zach hoe hij de bal gooide. Ze dacht, wat gooit hij goed. Coco was bijna jaloers, ze kwam hier eigenlijk niet om te bowlen maar eigenlijk voor de jongen. Of er een leuke tussen zat, ze had er al een paar gezien maar vond die niet egt zo speciaal. Maar de jongen wat de bal gooide was wel erg leuk, vond Coco. Ze dacht zal ik op hem aflopen, en zeggen dat hij goed gooit. Nee dat is ook weer zoiets doms. Ze bleef maar gewoon naar de jongen kijken in de hoop dat hij naar Coco kwam. En als ze dan eindelijk de aandacht van hem had getrokken begon ze een gesprek met hem. Want zo knappert kom je niet elke dag tegen dacht Coco. En deed volgens haar plan stap een, en bleerf hem zo lang mogelijk aankijken zodat hij haar wel een keer moest aankijken. Omdat hij het vast wel zou merken dat Coco naar hem keek, en opeens voelde ze het nu gaat ie omdraaien. En de jongen keek Coco recht aan, Coco dahct ja dit wou ik maar op de een of anderen manier durf ik niet meer weg te zakken.